Als marketeer beschik je over een hoop data. En toch gaan best wat concullega’s met data om, zoals een draak op zijn stapel goud zit. Heel mooi allemaal: maar wat doe je er precies mee?
Je stopt uren verzamelwerk in je data! En eens je jouw inzichten verwerkt in je presentatie, mist het aan slagkracht. Je punt sterft ergens midden in je powerpoint, omdat je jouw data niet vertaalt naar een verhaal waar de klant of je bedrijf mee aan de slag kan.
Bij BossData hebben we een bescheiden leger data-analisten. We delen hun inzichten zodat jij je data krachtiger kan inzetten tijdens je presentaties. Of, hoe zij het erg poëtisch noemen: storytelling with data.
First we think, then we ink
Stort je niet meteen in de data tijdens de voorbereiding van je presentatie. Voor je aan de slag gaat, sta je best even stil bij vragen zoals: ‘Welke inzichten wil je overbrengen?’ of ‘Wat is het punt dat je wilt maken?’ Want data op zich zijn slechts getallen: een middel waarmee je jouw verhaal hoort te ondersteunen.
Dus, wat wil je overbrengen? Dit deel van de voorbereiding van jouw presentatie, noemen onze analisten ‘think’. En daar horen enkele best practices bij.
1. Weet tegen wie je praat
Bij je doelgroep sta je vooraf best even stil. Hoe ga jij je communicatie afstemmen op wat zij belangrijk vinden? Zo ligt een CEO niet wakker van de click-through rate van je laatste advertentie. En al dat technische vakjargon zegt hem ook niet veel. Wat diezelfde CEO wél wilt weten, is hoe je een impact kan uitoefenen op de bottomline groei.
Enkele interessante vragen om je doelpubliek in kaart te brengen:
- Wat vinden ze belangrijk?
- Welke situaties proberen ze te vermijden?
- Wat houdt hen tegen om tot actie over te gaan?
- Naar wie luistert jouw doelpubliek?
- Hoe meten zij succes?
- …
2. Destilleer je verhaal tot een ‘3-minute story’
Nu je weet tegen wie je spreekt, moet je weten wat je wilt zeggen. Het ideale startpunt van je presentatie, is als je jouw verhaal tot 3 minuten beperkt. Stel dat je iemand een update moest geven van de parking naar de ingang van het gebouw. Hoe zou je dan vertellen wat je in je presentatie wilt overbrengen?
De opbouw van je ‘3-minute story’ is gelijk aan elke romcom die ooit verscheen: een plot, een twist en een einde. Je ‘Plot’ schetst hier de huidige situatie waar je publiek al van op de hoogte is. Je ‘Twist’ vertelt hen nieuwe informatie die de situatie instabiel maakt. En je ‘Ending’ legt de nadruk op de actie die genomen moet worden.
Als je deze structuur als startpunt neemt, kan je zoveel in- en uitzoomen tijdens je presentatie als je wilt. De basis zal er steeds zijn om op terug te vallen wanneer je onder druk komt te staan.
3. Door de bomen het databos niet meer zien
Tijd om jouw ‘3-minute story’ uit te breiden, en vorm te geven in een presentatie. Denk daarbij kritisch na over elke grafiek die je gaat tonen.
Veel marketeers verliezen zich namelijk wel eens in data puking. Logisch ook, want je zit op een immense berg data. Dan denk je al snel: ‘doe die grafiek er ook maar bij’, zonder dat die iets toevoegt aan je discours.
Maar geloof ons, niemand weet nog wat er op je 4e grafiek stond eens je aan slide 58 zit. Dus, keep it short & simple, baby! Één slide, één grafiek: dat is de vuistregel. En indien je grafiek geen antwoord biedt op ‘so what’ of ‘why does this matter?’ => Verticaal klasseren die handel!
Benieuwd naar een voorbeeld van een slide die te veel wilt zeggen? Volgens Avinash is dit “een regelrechte k*tslide”.
4. Marathonpresentaties for the win?
Probeer zeker te snoeien in het aantal ideeën dat je wilt overbrengen. Een marathonpresentatie is zeker niet de bedoeling. Marketing goeroe Avinash zweert bij het presenteren van maximaal 3 ideeën per uur: 40 minuten presenteren & 20 minuten discussiëren.
Respecteer je die timing? Dan blijft de aandachtsspanne van je doelpubliek optimaal, én stijgt de kans dat je boodschap krachtig overkomt.
(blog gaat verder onder de banner)